Het internet is een netwerk van computers (servers en clients) die
over de hele wereld verspreid zijn, of preciezer: een netwerk van
netwerkjes. Internet staat dan ook voor Interconnecting
Networks. De computers binnen dit overkoepelende netwerk
kunnen met elkaar communiceren op basis van TCP/IP: het Transmission
Control Protocol/Internet Protocol.
De belangrijkste toepassingen zijn e-mail, bestandsuitwisseling,
nieuwsgroepen en het WWW. Merk op dat internet en WWW dus niet
synoniem zijn: het WWW is een toepassing van internet!
Het belangrijkste concept binnen het WWW is dat van hypertext:
koppelingen naar andere informatie. Daardoor kan een gebruiker op een
willekeurige manier springen van het ene stuk informatie naar het
volgende, en zo verder.
Tegenwoordig zou het begrip hypertext beter vervangen kunnen
worden door hypermedia, omdat naast tekst ook veel gebruik
gemaakt wordt van grafische afbeeldingen en geluid. Hypertekst blijft
echter (vooralsnog) de gangbare term.
Het WWW maakt gebruik van een client-server architectuur:
ergens ter wereld staat een server met de gezochte informatie en de
client (=browser) vraagt die informatie aan de server.
Voor het raadplegen van een website op een server praat de
client HTTP (Hypertext Transport Protocol) met de server,
waarbij TCP/IP als onderliggende infrastructuur gebruikt wordt. De
client/browser krijgt n.a.v. een gedaan verzoek aan de server
informatie in HTML (Hyper Text Markup Language) formaat van de
server terug, interpreteert deze en laat dat vervolgens in een
browser-vernster aan de gebruiker zien. Webpagina's bevatten dus
(uiteindelijk) HTML-code.
Anders gezegd:
Web informatie wordt opgeslagen in documenten die webpagina's
worden genoemd. Deze documenten worden opgeslagen op computers die
webservers worden genoemd. Computers die de webpagina's lezen
worden webclients genoemd. Webclients bekijken de web-pagina's
met een programma genaamd webbrowser. Een webbrowser haalt een
web-pagina van een webserver dmv een HTTP-verzoek en interpreteert de
HTML code en zet het resultaat daarvan op het scherm.
Zo'n HTTP-verzoek is dus feitelijk niets anders dan dat de browser het unieke adres van een webpagina doorgeeft aan een server, b.v. http://www.hsbos.nl/index.htm. Zo'n uniek adres noemen we ook wel een URL (Uniform Resource Locator). Tegenwoordig wordt ook wel de term URI (Uniform Resource Identifier) gebruikt, maar URL is de gangbare term.
De algemene vorm van een URL is als volgt weer te geven:
Het meest gebruikte protocol hebben we al gebruikt, nl HTTP of
http (e.e.a. is niet case-sensitive). Andere protocollen komen later
bij de behandeling van hyperlinks aan de orde.
Merk op dat voor een URL met het http-protocol vaak het
'welk-bestand'-deel weggelaten wordt, waardoor men eigenlijk
automatisch op de homepagina van de betreffende website uitkomt.
SPIJ20120827